De bewoners van Vollersgracht 10dDe eerste gegevens over de bewoners komen uit de volkstelling van 1818. Op dat moment wordt het pand bewoond door Isaac Wijnbeek, zijn vrouw Jannetje Lagelie en hun dochter Elisabeth. Ze wonen daar nog tijdens de volkstelling van 1829. Dan zijn er ook inwoners: Jannetje Bonte, Alida de Rek en Marijtje Simon.
In 1839 wordt het huis bewoond door het gezin van Gijsbert Rijers de Haan, schoenmakersknecht, 49 jaar (geb. 11-07-1790) en Nelletje Maassluis, 49 jaar (geb. 20-12-1789). Er staat ook een aantal mensen vermeld met de achternaam Kellenaar:
Armtje, 43 jaar (geb. 03-08-1796)
Aagie, 17 jaar (geb. 06-02-1822)
Jacobus, 16 jaar (geb. 01-11-1823)
Nicolaas, 11 jaar (geb. 21-10-1828)
Pieter, 1 jaar (geb. 02-11-1838)
Aagje jr, 24 jaar (geb. 06-04-1815)
Bij de Volkstelling van 1846 wonen deze mensen er nog. Bij hen in woont dan ook: Floris Maassluis, huisknecht, 27 jaar (geb. 16-10-1819)
De volkstelling van 1849 vermeldt twee gezinnen:
Het eerste gezin is van Abraham de Laarie (de la Rie), sjouwer, 25 jaar (geb. 02-10-1825) en Neeltje Regeer, 25 jaar (geb. 29-03-1822). Ze hebben twee kinderen:
Jacobus, 5 jaar, (geb. 12-03-1844 )
Neeltje, 0 jaar (geb. 21-02-1849)
Van het tweede gezin is de samenstelling niet geheel duidelijk. Leendert Hoefnagel, koopman, 30 jaar, (geb. 14-05-1818 ) lijkt het gezinshoofd. Er staan twee Kellenaars vermeld. Waarschijnlijk zijn dat gezinsleden van de familie die er in 1846 al woonde. Mogelijk is Leendert Hoefnagel getrouwd met Aagje Kellenaar. Dan zijn er nog twee bewoners: N. Kellenaar (Nicolaas?) en J. IJsbaart.
Meer uitvoerige gegevens zijn te vinden in het bevolkingsregister van 1860. Dat vermeldt het gezin van: Adrianus Oudshoorn, 34 jaar (geb. 15-12-1825) en Johanna Regeer, 34 jaar (geb. 29-01-1825). Ze hebben twee kinderen:
Adrianus, 5 jaar (geb. 03-01-1854)
Abraham, 1 jaar (geb. 17-05-1858)
Daarna worden nog geboren:
Joseph (geb. 08-02-1861)
Maria (geb. 19-08-1865)
De volgende bewoners komen op 7 oktober 1871. Het zijn Pieter ’t Hooft, broodbakker, 18 jaar, (geb. 21-10-1853) en zijn vrouw Alida Kooiman, 15 jaar (geb. 01-03-1856) Op 30 april 1879 krijgen ze een zoon: Jacob.
Het bevolkingsregister van vanaf 1890 vermeldt een heleboel bewoners. Het pand wordt dubbel bewoond. Hierna volgen eerst de mensen die zeer waarschijnlijk de benedenetage bewonen.
Cornelis Jacobus Campfens, broodbakker, 38 jaar (geb. 10-08-1851), zijn vrouw Cornelia Catharina Wildenburg, 37 jaar, (geb. 17-02-1852) en vijf kinderen:
Johannes Cornelis, 13 jaar, (geb. 08-02-1877)
Jacoba, 1 jaar, (geb. 04-02-1888)
Carolus Adrianus, 6 jaar (geb. 12-07-1883)
Cornelia Hendrika, 5 jaar, (geb. 21-05-1884)
Elisabeth Catharina, 4 jaar (geb. 24-09-1886)
Er woont een bejaard familielid bij hen in: Cornelia Elisabeth Wouters, 79 jaar, (geb. 18-07-1810). Ze overlijdt op 8 augustus 1890.
Op 26 december 1890 wordt er nog een zesde kind geboren: Cornelis
Het gezin van Campfens vertrekt op 2 december 1892.
De volgende bewoners zijn Hermanus Jacobus Geenjaar, kleermaker, 58 jaar, (geb. 21-02-1834) en zijn vrouw Johanna Berg, 62 jaar (geb. 11-04-1830). Ze blijven maar 2,5 maand.
Op 22 februari 1893 wordt de benedenwoning betrokken door Johannes Simons, kleermaker, 26 jaar, (geb. 04-03-1866), zijn vrouw Anna Slierings, 27 jaar, (geb. 28-10-1865) en hun zoon Franciscus van 1,5 (geb. 22-07-1891). Daarna worden nog geboren:
Adrianus Johannus, (geb. 02-07-1893)
Johannus, (geb. 02-07-1893)
Francina Cornelia, (geb. 21-10-1894)
Anna Maria, (geb. 22-02-1896)
Wilhelmina Johannes Maria, (geb. 15-10-1897)
Maria Johanna Adriana, Geb. 24-03-1899)
Het gezin van Johannes Simons vertrekt op 12 oktober 1899. Ze hebben daar dan bijna zeven jaar gewoond.
De nieuwe bewoners komen op 31 oktober 1899. Het zijn Jacobus Johannes, telefoonbeambte, 32 jaar (geb. 08-04-1867), zijn vrouw Catharina van Koperen, 26 jaar (geb. 22-06-1873) en drie kinderen:
Wilhelmina, 5 jaar (geb. 01-01-1894)
Arie, 4 jaar (geb. 22-05-1895)
Cornelis Hermanus, 2 jaar, (geb. 10-06-1897)
Daarna worden nog geboren:
Maria, (geb. 28-07-1900)
Catharina, (geb. 15-07-1903)
Vanaf 22 oktober 1901 heeft het gezin inwoning van Adriana Jahanna Jongeneel, weduwe van H. van Ark, 78 jaar, (geb. 01-03-1823).
Van 17 juni 1904 tot 17 oktober 1904 woont Pieter Willem Van Ark, meubelmaker, opnieuw op dit adres. Hij is inmiddels 23 jaar (geb. 01-12-1880).
Op 8 oktober 1906 komen Johanna Maria Larrewijn, weduwe van Van Dissel, 50 jaar, (geb. 26-03-1856) en haar dochter Johanna Maria van Dissel, 19 jaar (geb. 28-03-1887). Ze blijven tot 28 juli 1907.
Op 28 oktober 1907 komen Pieter Elkerbout, nettenbreier, 66 jaar, (geb. 28-02-1841), zijn vrouw Johanna Hakkenberg, 69 jaar (geb. 12-10-1837) en hun dochter Johanna, 38 jaar (geb. 20-01-1869). Pieter Elkerbout overlijdt op 5 mei 1912. De anderen vertrekken op 8 juni 1912.
Op 10 juli 1912 komt Susanna van den Wijngaard, 55 jaar, (geb. 03-02-1857). Ze blijft tot 31 augustus 1917.
In tussentijd wonen daar ook nog voor een half jaar Marinus Jacobus Belt, boekdrukker, 22 jaar (geb. 18-07-1892) en zijn vrouw Elias Maria Biesot, 18 jaar (geb. 20-02-1896). Ze komen op 28 januari 1915 en ze vertrekken op 15 juni 1915.
Op 22 oktober 1915 wordt de woning betrokken door het gezin van Jacob Vlieland, blikslager, 44 jaar, (geb. 20-04-1871) en zijn vrouw Aagje van Duin, 44 jaar (geb. 06-08-1871). Ze zullen daar tot 7 augustus 1920 blijven wonen. Ze hebben een zoon en zes dochters:
Arie, 20 jaar (geb. 15-12-1894) Hij trouwt op 14 februari 1919 met Sara van Tongeren.
Jaantje, 19 jaar (geb. 07-03-1896). Ze trouwt op 22 augustus 1917.
Dirkje, 17 jaar (geb. 09-07-1898). Ze trouwt op 20 december 1916 met Willem Esseveld.
Teuntje, 15 jaar (geb. 13-02-1900)
Cornelia, 14 jaar (geb. 13-10-1901)
Jannetje, 6 jaar, (geb. 02-06-1909)
Ida, 3 jaar (geb. 22-02-1912)
Vanaf 12 juli 1917 woont Dirkje Vlieland, voornoemd, met haar man Willem Esseveld, 26 jaar, (geb. 26-02-1891) op dit adres. Ze krijgen op 11 juli 1917 een dochter: Maria Johanna Hendrika.
Hierna zijn de gegevens over bewoners schaars. In het adresboek van 1922-1924 vermeldt behalve Disseveld ook gezinshoofd J.B. van Duuren.
Hierna volgen:
1924/1926 M.C. Pieters
1931/1932 M. Bousema
1934/1935 W.F. Filemon en A.T. de Jager
1937/1938 F. Singerling
1940/1941 H.A. Borche en C. Borche-Maas
1954/1955 L. van Es en W. SchoutenDe bovenetage wordt in 1890 bewoond door Gerrit Trago, schoenmaker, 72 jaar (geb. 17-02-1817), zijn vrouw Adriana Elisabeth Suzanna Kres, 68 jaar (geb. 20-01-1821) en twee kinderen:
Maria, 27 jaar (geb. 08-02-1862)
Lydia, 22 jaar (geb. 25-10-1867)
Het gezin van Gerrit Trago vertrekt op 6 januari 1891.
Vanaf 25 juni 1891 wonen hier: Jan ` broodbakker, 58 jaar (geb. 29-06-1833), zijn vrouw Catharina Noest, 59 jaar (geb. 11-09-1831) en twee kinderen:
Jansje, 25 jaar (geb. 31-01-1866)
Johannes Jacobus, schoenmaker, 23 jaar (geb. 26-01-1868).
Het gezin heeft inwoning van een familielid: Jacobus Selier, schoenmaker, 60 jaar, (geb. 14-10-1830).
Johannes Jacobus, voornoemd, trouwt op 7 augustus 1891 met Jannetje de Tombe en verlaat het ouderlijk huis.
Jansje Selier, voornoemd, trouwt op 14-10-1891 met Johannes van der Linden, behanger, 23 jaar (geb. 13-01-1868). Ze gaan op dit adres inwonen. Op 3 maart 1892 krijgen ze een dochter: Maria Johanna.
De twee gezinnen vertrekken op 26 juli 1892.
Op 27 juli 1892 komt Theresa Maria Overdijk, 30 jaar, (geb. 17-02-1862) met haar moeder Elisabeth Thomassen, 74 jaar (geb. 27-11-1817) op dit adres wonen. Beide dames zijn getrouwd, maar hun echtgenoten wonen hier niet. Theresa Maria Overdeijk is getrouwd met C.F. Ammerlaan. Elisabeth Thomassen is gehuwd met J. Overdijk. Ze vertrekken op 26 oktober 1893.
Vanaf 12 december 1893 staat vermeld als bewoonster: Wilhelmina Johanna Eradus, 80 jaar, (geb. 30-08-1813). Ze blijft tot 11 mei 1894.
Op 7 juni 1894 komt Jacobus Goddijn, smid, 53 jaar (geb. 12-09-1840) met zijn vrouw Petronella Fles, 54 jaar (geb. 27-06-1839) en hun zoon Gerardus Tisseur, 20 jaar, (geb. 25-07-1873), uit een eerder huwelijk van Petronella Fles. Ze vertrekken twee jaar later, op 5 augustus 1896.
Op 9 september 1896 komen Lucas Stafleu fabrieksarbeider, wever, 57 jaar (geb. 15-11-1938), zijn vrouw Antje van Ark en hun dochter Cornelia, 22 jaar, (geb. 27-08-1874). Op 06-05-1898 krijgen ze inwoning, waarschijnlijk van een familielid: Catharina Helena Stafleu, (geb. 10-10-1864). Zij trouwt op 19 juli 1899 met Cornelis Gerardus Wagemans.
Op 5 november 1900 krijgt het gezin inwoning van familielid: Pieter Willem van Ark, meubelmaker, 19 jaar (geb. 01-12-1880). Hij vertrekt op 29 december 1902. Het gezin van Lucas Stafleu verhuist op 25 november 1911.
Vanaf 28 december 1905 staat ingeschreven het gezin van Johannes Bartholomeus Van Duuren, letterzetter, 44 jaar (geb. 23-02-1861) en zijn vrouw Cornelia Maria Vlasveld, 40 jaar (geb. 09-03-1865). Ze hebben drie kinderen:
Maria Johanna, 14 jaar (geb. 18-01-1891)
Johanna Jacoba, 12 jaar (geb. 24-02-1893)
Dirkje, 1 jaar (geb. 10-12-1904)
Bij hen in woont ook nog: Abraham van der Linden, 87 jaar (geb. 03-10-1818). Hij overlijdt op 25 januari 1909.
Het gezin van Van Duuren blijft daar tot zeker 1914 wonen. Verdere gegevens over bewoning van de bovenetage zijn er niet in het bevolkingsregister.In september 1930 komt de familie M. Bouwsma op Vollersgracht 10d wonen. Dit blijkt uit de rubriek ‘Personen te Leiden gevestigd’ in de Leidsche Courant van 11 september 1930. In de adressenboeken staan een paar keer twee hoofdbewoners vermeld, wat erop duidt dat er ook later nog sprake is van dubbele bewoning. Voor 1935/1935 zou dat zijn: J. Velthuijzen, voor 1940/1941 H. Borche en C. Borche-Maas en voor 1954/ W. Schouten. Van de familie Schouten is bekend dat ze de bovenwoning gebruikten. Ze zijn daar waarschijnlijk begin jaren veertig al ingetrokken. Ze hebben drie jongens: Wijnand, Kees en Bram. Wijnand is duivenmelker, Bram loodgieter. Op de begane grond woont eerst de familie Vogelenzang. Ze hebben twee jongens.
In de oorlog komt de benedenwoning leeg te staan. De familie Schouten sloopt in de hongerwinter al het houtwerk eruit om in de kachel te stoken.
Na de oorlog komt de familie Van Es in de benedenwoning. Ze hebben vier of vijf kinderen (Ans, Bep, Truus, Greet). Als de familie van Es vertrekt, krijgt de familie Schouten de benedenwoning erbij. Meneer schouten is in 1999 overleden. Mevrouw Schouten is overleden in ± 2002.